Spelling Medeklinkers

De basisregel is Gelijkvormigheid

Schrijf een woord dat eindigt op /t/ of /p/, altijd met
-d- of -b- als die medeklinker bij verlenging van het
woord in /d/ of /b/ verandert.

• boord - boorden, heb - hebben

• uitzonderingen: bijdehand - bijdehante, Brabant -
Brabander

 

Schrijf de /f/ en /s/ aan het einde van een woord en
aan het einde van een stam of lettergreep altijd met
-f- en -s-, ook als die medeklinkers bij verlenging van
het woord in /v/ of /z/ veranderen. .

- raaf (niet raav) - raven

- roos (niet rooz) - rozen

- stoofde (niet stoovde), gestoofd - stoven

- verhuisde (niet verhuizde), verhuisd - verhuizen

 

Enkele of dubbele medeklinker

Schrijf een medeklinker dubbel na een korte klinker
als er op die medeklinker een onbeklemtoonde lettergreep
volgt. Het gaat om de medeklinkers b, d, f, g, k, l, m,
n, p, r, s, t, z en c (uitgesproken als /k/) na de korte klinkers
/a/, /e/, /i/, /o/ en /u/.

• aerobiccen, ballen, batikken, biggen, kennissen, kunnen,
notarissen, petten, poppen, quizzen, redden, remmen,
secce (wijn), snorren, tobben, vonnissen, witte;
Arnhemmer, Berchemmenaar, Hilversummer

• uitzondering: chic, chique, chiquer, chicst

MAAR (1): Schrijf een medeklinker met een enkel
teken in verbogen en vervoegde vormen van woorden
die eindigen op -el, -em, -en, -er, -es, -et, -ig, -ik, -il, -it
als die met een toonloze /e/, zoals in de, of met een
verzwakte /i/ worden uitgesproken.

schakelen, ademen, rekenen, wapperen, dreumesen,
lemmeten, bezigen, leeuweriken, stencilen, kievit - kieviten
(naast kieviet - kievieten); Hattemer

MAAR (2): Schrijf de -m- met een enkel teken in afleidingen
van plaatsnamen met twee lettergrepen die
eindigen op -um.

Bussumer, Rottumer 

Schrijf aan het einde van een Nederlands woord nooit
tweemaal dezelfde medeklinker. Bij uitheemse woorden
kan wel een dubbele slotmedeklinker voorkomen.

hij laat (niet laatt zoals werkt), Wannes’ lied (niet Wanness
lied zoals Jans lied)

Laat de -s- van het achtervoegsel -s of -st weg in woorden
waarvan het grondwoord eindigt op een sisklank
(/s/, /z/, /sj/, /zj/).

zij is het wijste kind (niet wijsste), iets Belgisch (niet
Belgischs), de orthodoxte houding (niet orthodoxste)